Als een kind zo blij ben ik met mijn nieuwe aanwinst:
Het Groot Nederlands Spreekwoordenboek.
512 bladzijden overlevering.
Tijdens het bladeren valt mijn oog op meerdere spreekwoorden waar ik buikpijn van krijg. Niet omdat mensen er aanstoot aan kunnen nemen, maar omdat ze schadelijk zijn.
Het zijn destructieve overtuigingen, maar dan op een tegeltje.
Dus werp ik me op als ‘constructivity-reader’. Een eerste scan levert al negen spreekwoorden op die ik voordraag om te schrappen. Met een verbetervoorstel erbij, zodat we de overlevering een beetje kunnen tweaken.
1. Wat niet weet, wat niet deert
Verbetervoorstel: Wat niet weet, gaat een keer deren
2. Wie het laatst lacht, lacht het best
Verbetervoorstel: Wie het laatst lacht, lacht in eenzaamheid
3. Spreken is zilver, zwijgen is goud
Verbetervoorstel: Soms moet je je uitspreken, soms kun je beter je mond houden
4. Waar twee vechten hebben twee schuld
Verbetervoorstel: Waar twee vechten is de vraag wat er aan de hand is
5. Wie zwijgt stemt toe
Verbetervoorstel: Wie zwijgt zegt niks
6. Mensen die vragen worden overgeslagen
Verbetervoorstel: Mensen die niet vragen worden in de afweging meegenomen
7. De aanhouder wint
Verbetervoorstel: De aanhouder voor wie loslaten onbespreekbaar is, verliest
8. Gedane zaken nemen geen keer
Verbetervoorstel: Op gedane zaken kun je terugkomen
9. Waar gehakt wordt, vallen spaanders
Verbetervoorstel: Waar spaanders vallen, wordt te hard gehakt
Annemarie Mars, maart 2023
Voor de liefhebber1:
Zo ziet overlevering (van de ‘goede’ spreekwoorden) eruit in mijn gezin:
Voor de liefhebber2:
In de commentssectie op LinkedIn kwamen er nog een paar mooie voorbeelden van destructieve spreekwoorden bij!
Wie niet horen wil, moet maar voelen
Verbetervoorstel: Wie niet horen wil, voelt het ook niet (Bas van Beers)
Beter mee verlegen dan om verlegen
Verbetervoorstel 1: Beter soberheid betracht dan de aankoop weer naar de stort gebracht
Verbetervoorstel 2: Beter bij de buurman gehaald dan op een overvolle zolder verdwaald (Petra Smolders)
Wie een dubbeltje is wordt nooit een kwartje
Verbetervoorstel: Wie denkt dat hij een dubbeltje is, wordt nooit een kwartje (Randall van Poelvoorde)
Schoenmaker hou je bij je leest
Verbetervoorstel: Schoenmaker blijf je ontwikkelen
Wie A zegt moet B zeggen
Verbetervoorstel: Wie A zegt mag (later toch) nee zeggen (Hester Prummel)
De appel valt niet ver van de boom
Verbetervoorstel: Sommige appels kunnen ver rollen
Niet geschoten is altijd mis
Verbetervoorstel: niet geschoten kan helemaal raak zijn (Annette van Engelen)
Maar wat ze vergeet is dat het oneigenlijk is om mensen om advies te vragen die een groot belang hebben. Je kunt de kalkoenen niet vragen om je te adviseren wat we eten met kerst.
De rest van het gesprek verloopt voorspelbaar. McNamara neemt de rol van adviseur aan, maar gaat als snel duwen en wordt boos. Hun relatie loopt schade op.
Wat dan wel?
Ik snap wel dat ze het gesprek met hem aangaat voordat ze het besluit neemt. Niet alleen omdat hij haar vriend is, maar omdat dat zuiver is om te doen als je besluit iemand zwaar zal benadelen.
Maar dan hoor je een ander soort inbreng te vragen. Je vraagt geen advies maar geeft inspraak. Inspraak en advies hebben met elkaar gemeen dat jij bepaalt wat je ermee doet. De zeggenschap ligt bij jou. Maar bij een advies vraag je of iemand met je meedenkt, bij inspraak vraag je naar iemands voorkeur.
Bij inspraak is het legitiem om voor de ander om voor zijn belang uit te komen. Sterker nog: daar vraag je expliciet naar. En je weegt het belang mee in je besluit, net als de andere belangen die door je besluit geraakt worden. In Kate’s geval het belang van de burger op vrije nieuwsgaring.
Maar is dat niet vragen naar de bekende weg?
Ja. Want bij een groot belang weet je al wat die voorkeur gaat zijn. En toch moet je het vragen. Want je kunt alleen een echt goede afweging maken als je het belang van de partijen in je krachtenveld uit hun eigen mond hebt gehoord. Met alle emoties en nuances die daarbij horen. Dan weet je niet alleen wat het belang is, je voelt het ook.
Als je tenminste je keuze niet al hebt gemaakt. Dan is inspraak niet meer aan de orde, maar mededelen. Je informeert de ander over het besluit dat je gaat nemen, en dat het besluit de ander zal benadelen. Zodat hij het weet voordat het naar buiten gaat en zodat je kunt erkennen dat het emoties oproept. Dat is niet leuk maar wel zuiver.
Maar Kate wist echt nog niet wat ze ging besluiten. Dan is inspraak wel aan de orde.
Ze had dus beter kunnen zeggen: ik wil je vertellen dat ik een besluit te nemen heb. En ik wil je vragen wat jij belangrijk vindt. Dat vraag ik ook aan de anderen die door mijn besluit geraakt worden.
En dan maak ik een keuze.